Men kan een onderdeel van roestvast staal vergelijken met een gezonde appel die goed blijft dankzij een schil van nog geen tiende millimeter dik.

Ja onvoorstelbaar: een gezonde appel blijft lange tijd goed dankzij een schil van nog geen tiende millimeter dik. Er treden geen stoffen uit en er kunnen geen stoffen binnendringen hoewel deze huid zo dun is. Dicht is dicht, al is het nog zo dun, totdat een pier de schil doorboort en het rottings- proces gaat starten. Ook als men de appel door midden snijdt, zal het vruchtvlees snel gaan oxideren. Met andere woorden: de appel blijft in goede conditie bij de gratie van een dunne appelschil.

Roestvast staal heeft dus ook een huid, maar die is wel meer dan honderdduizend keer dunner dan een appelschil. De dikte wordt geschat op 10 tot 15 nanometer (1 nanometer is 10/3 mm.). Toch ook hier geldt ‘dicht is dicht’ en daardoor kunnen er normaal gesproken geen metaalionen uittreden en ook geen vreemde stoffen binnendringen. Wordt deze huid te zwaar chemisch belast, dan bezwijkt deze en corrosie is het gevolg. De huid raakt als het ware “doorboord” en de chemische stoffen zullen het metaal activeren, waardoor het corrodeert. Toch is het grote verschil met de appel dat roestvast staal het vermogen heeft om zijn oxidehuid zelf te repareren. Dit is vooral van toepassing als de huid mechanisch wordt beschadigd en de chroomoxidehuid plaatselijk verdwijnt.

Dankzij de zuurstof uit de lucht zal het materiaal zich op die plaats passiveren door een nieuwe chroomoxidehuid te vormen. Dit noemt men het ‘self healing effect‘. Dit mechanisme kan echter lelijk verstoord worden indien er teveel chloriden aanwezig zijn. In dat laatste geval zullen de chloriden, die tot de halogenen behoren, metaalzouten vormen en dat zijn ook corrosieproducten. Dat is de reden dat men bijvoorbeeld voor het spoelen demiwater moet gebruiken: omdat leidingwater teveel chloriden bevat om een goede passivering te bewerkstelligen. Doet men dat niet, dan zal de nieuwe oxidehuid vlekkerig en ongelijk van dikte zijn. Een dergelijke oxidehuid kan uiteraard niet optimaal functioneren

Het is nauwelijks bekend hoe ondermijnend vuilafzettingen uitwerken op het roestvast- staaloppervlak. Roestvast staal moet kunnen “ademen” omdat het bestaat bij de gratie van zuurstof. Zuurstof dient de oxidehuid op dikte te houden, maar dan moet dit relatief grote molecuul er wel bij kunnen. Het spreekt vanzelf dat dit geen probleem is indien het oppervlak schoon is. Maar de vraag is: hoe schoon is schoon en daar vergist men zich veelal enorm in. Zelfs als men de folie verwijdert van roestvast stalen platen en men reinigt dit “schone” oppervlak met een detergent voorzien van tensiden, dan zal een witte doek snel zwart zijn.